Rotterdam in ontwikkeling
9 5 R O T T E R D A M I N O N T W I K K E L I N G | 2 0 1 9 een cv-ketel zit er een warmte-afleverset in de gangkast. De verwarming werkt gewoon met de radiatoren en buizen van de cv. Het koken op inductie bevalt goed.” Betaalbaarheid is wel een cruciaal aspect, vooral voor arme wijken als Pendrecht en Bospolder-Tussendijken. Het aanbod moet haalbaar en aantrekkelijk genoeg zijn. Ook als straks iedereen door het Rijk wordt verplicht van het aardgas af te gaan, stelt Akerboom. Daarnaast is er aandacht voor kostenvermindering. Een maatregel die in de pilots wordt beproefd is de collectieve inkoop van pannensets voor elektrisch koken. Ook wordt gekeken naar de mogelijkheid om inductiekookplaten te leasen. WARMTEBEDRIJF Met de keuze voor een warmtenet bouwt Rotterdam voort op een warmtestructuur die na de Tweede Wereldoorlog werd aangelegd in het platgebombardeerde centrum. In 2006 be- gon het Warmtebedrijf Rotterdam met de uit- breiding van het netwerk, vertelt Akerboom. “Overigens had de oude stadsverwarming geen goed imago. Bewoners klaagden over de toerekeningsmethode. Ik betaal voor de buren, werd vaak gezegd. De bejegening van de klanten was horkerig, ze hadden ook niets te kiezen. Dat is allemaal sterk veranderd.” De situatie is nu dat Nuon in Rotterdam-Zuid in het warmteaanbod voorziet, in Noord is dat Eneco. Het Warmtebedrijf Rotterdam, met de gemeente als grooteigenaar, levert de warmte aan deze energiebedrijven. Voor de leveringszekerheid zijn buffertanks en boosterstations (bijstook) aan het warmtenet gekoppeld. Het Warmtebedrijf levert overi- gens ook weer warmte – van verschillende temperaturen voor verschillende toepassingen – aan de industrie in de haven, bijvoorbeeld voor de verwarming van opslagtanks. GEEN LEGE HAVEN Wat betreft de bijdrage aan CO2-reductie lijkt er met het warmtenet op het eerste gezicht iets tegenstrijdigs aan de hand. De restwarmte van de havenindustrie en de afvalverbranding komt (grotendeels) voort uit verbrandingspro- cessen en gaat dus gepaard met CO2-uitstoot. Echter, omdat het restwarmte is die anders in de lucht of het water geloosd zou worden, is de balans altijd positief. Er staan immers vele huishoudens en bedrijven tegenover die geen aardgas meer hoeven te verstoken. Akerboom: “Voor voldoende windmolens en zonnepanelen om heel Rotterdam duurzaam elektrisch te verwarmen, is gewoon te weinig ruimte. CO2-reductie door de industrie zelf is daarmee niet minder wenselijk, maar staat los van wat het warmtenet al oplevert.” Een paar windmolens bieden onvoldoende soelaas voor de verduurzaming van de haven, weten ze in Rotterdam. De haven is de op een na grootste waterstofproducent van Europa. “De petrochemie gebruikt waterstof om ruwe olie te kraken. Alleen om de waterstoffabriek van Shell Pernis all electric te laten draaien, zou je de windparken Borsele I en II nodig hebben. Rotterdam zet zich in voor verduur- zaming van de bestaande industrie en het aantrekken van nieuwe duurzame bedrijven. Wat we niet willen is een lege haven.” Tekst: Kees Hagendijk VOORDEEL IS DAT WE DE ROTTER- DAMSE WONING- CORPO- RATIES AL AAN BOORD HEBBEN “ ”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=